In de storm met de Eendracht: ‘Mijn lijf is beurs en ik voel me gelukkig’

Dieuwke de Jong is fotograaf en jurist, en zeilt met haar Neptun22 over de Friese meren. Voor Zeilhelden zeilde ze als fotograaf mee op het zeilschip Eendracht, tijdens de Atlantische oversteek vanaf Jamaica naar de Azoren. Aan boord portretteerde ze zeilers en voor zeilhelden zal ze hun verhalen met beeld en tekst vertellen, maar eerst deelt ze aan de hand van dagboekfragmenten haar eigen ervaring van de oversteek. Klik hier voor het voorgaande stukje!

Foto’s en tekst Dieuwke de Jong

6 maart – avond

Zo. Daar was ie dan, die storm die ik zo graag wilde. Tijdens de lunch trekt de wind steeds meer aan. Het schip klapt op de zee door de golven en de kopjes vliegen van de tafels; glas, thee en water overal. Vanaf nu mag je alleen maar drinken als je het kopje niet meer loslaat. Na de lunch begint het te regenen. Stortregen is het. Harder en harder gaat het tekeer, de wind blijft maar aantrekken.

Er hangt een gespannen sfeer op de brug. Dat het hard zou waaien was voorspeld, maar niet dat het zó tekeer zou gaan. Er staat daarom nog te veel zeil op, zo’n 5 of 6 zeilen. Ik schiet nog gauw wat foto’s van hoe de golven kapotslaan op het schip en voel de actie aankomen, dus ik berg mijn camera op, trek een reddingsvest en harnas aan en meld me op de buitenbrug. Bij uitschieters hebben we 60 knopen wind. Dat is zo ongeveer windkracht 12! Een orkanenkracht. Bizar. 

De boomfok begint te scheuren en moet naar beneden. Daar gaan we dan, op het voordek, terwijl we méters omhoogvliegen op de golven en daarna weer naar beneden klappen tot vlak boven de oceaan. Verrassend soepel gaat de gescheurde fok naar beneden, en daarna laten we de bezaan en de buitenkluiver zakken. We gaan als een geoliede machine. Het is zó genieten. Doorweekt ben ik, door zeewater en regen, terwijl mijn hart bonkt in mijn lijf en de grijns niet van mijn gezicht te vegen is. Inmiddels lig ik in bed, het zal zo rond 21 uur zijn. Lopen en staan is ingewikkeld geworden en mijn benen zijn bont en blauw. Slapen is ook moeilijk, en over drie uur word ik alweer gewekt voor de volgende wacht. Mijn kamergenootje Valerie zegt dat vandaag haar favoriete dag tot nu toe was, en ik kan het niet méér met haar eens zijn! 

8 maart

Er zijn 60 eieren gesneuveld. Er is een plank van de brug losgeraakt en weggewaaid. Pakken sinaasappelsap braken open in de voorraadkast. Er gingen kopjes stuk. Een zeil is gescheurd. Blauwe plekken zijn ontstaan, net als slaapgebrek. En vandaag ….. schijnt het zonnetje, wordt het gescheurde zeil gerepareerd en zeilen we als op een mooie zomerdag, Bermuda achter ons latend. Hoe snel de realiteit kan veranderen. Ik staar over het water terwijl ik schrijf. 

Vandaag hangt er een quote in het dagverblijf: ‘water, water everywhere, nor any drop to drink.’ Nou, zeg dat! We zijn zo’n anderhalve week onderweg en de eindeloosheid van het water begint voelbaar te worden. Dit water is onverbiddelijk, als een van ons overboord was geslagen tijdens de storm was het heel moeilijk geweest hem of haar nog terug te vinden. Gelukkig past iedereen goed op zichzelf en elkaar. We deinen nog behoorlijk na van de storm en het bankje op het gangboord waar ik nu zit staat behoorlijk scheef, ik moet me af en toe goed vasthouden om er niet af te glijden. Voor me zie ik donkere wolken en regen. Rechts van me, achter het schip, zonnestralen die door de wolken komen en strepen door de lucht tekenen. Dit moment, nu, ga ik nooit meer meemaken. Ik neem me voor het volledig in me op te nemen. 

11 maart

Mijn gevoel voor tijd is al dagen weg. Ik heb wallen onder mijn ogen, ben bont en blauw en moe en geniet van het bestaan aan boord. Sinds de storm blijft het behoorlijk waaien en bouwen de golven zich op. Ik zie zonsopgangen uit een ooghoek, trek aan lijnen en zing mee met muziek terwijl ik achter het roer sta. Dan wissel ik weer van rol en ga ik fotograferen en interviewen. Ik blijf wat worstelen met het combineren van mijn beide rollen maar ik heb nu mijn draai wel gevonden, net als de rest. De meeste mensen zijn nu wel geland en vinden elkaar. 

Het is een kleine samenleving, een eilandje midden op de oceaan, waarin we zelf de regels bepalen, onder andere hoe laat het is. We varen door verschillende tijdzones en vannacht is de klok weer een uurtje vooruitgezet, met twintig minuten per keer. Vanmiddag voer er een schip voorbij, best dichtbij nog. Grappig hoe enthousiast en verbaast je kan zijn door tekenen van ander leven dan dat hier bestaat, aan boord van dit schip. Om ons heen is al zo lang niets. Zelfs de luchten zijn leeg en vogelloos. Dolfijnen hebben we wel gezien! Gek genoeg heb ik niet eens zoveel te vertellen. Ik ben gewoon aan het werken, eten en slapen en aan het bestaan, en zoek continu naar een balans tussen fotograferen en zeilen, observeren en participeren. 

12 maart

Het stormt weer. Of naja, waait flink. Zo’n 35 knopen, windkracht 8. Slapen blijft moeilijk, hoewel het nu, aan de wind, beter gaat dan op een rollend schip. Samen met Valerie haal ik extra beddengoed zodat we ons kunnen inbakeren met kussens en dekens aan beide kanten, die als een soort airbags fungeren. Dat is wel nodig als je probeert te slapen op een plek die nog het meest weg heeft van een soort pretparkattractie, inclusief de kriebels die je in je buik voelt als het schip een klapper maakt op de golven. In het begin vlogen de dagen, nu voelt het anders. Nog negen dagen hebben we te gaan. Dat is best veel met continu zwaar weer, want dat vreet energie! Tegelijk is het ook heel bijzonder en geniet ik ervan achter het roer te staan terwijl de regen op mijn zeilpak striemt en het niet altijd duidelijk is of het nu regen is of spray, tot ik mijn mond open: zoet of zout? Vandaag was het ook echt genieten. Wachten draaien, proberen niet te vallen terwijl je de bediening doet tijdens het avondeten, hard zingen terwijl je de keuken schoonmaakt. Heerlijk!

13 maart

In de 4-8 wacht vanmorgen zeilden we het oog van de storm in. Heel bijzonder: ineens is het mooi weer, met zelfs een waterig zonnetje en blauwe luchten. Overal om ons heen zien we in de verte regen en een paar uur later zitten we er weer middenin. 64 knopen wind zijn er al gemeten. Wederom orkaansterkte. Wel bij uitschieters, gemiddeld is het eerder zo’n 45 knopen, windkracht 9, maar toch. De storm houdt nog wel even aan. Leuk, prachtig, doodvermoeiend, geweldig, ik vind het van alles tegelijk. Mijn lijf is beurs en ik voel me gelukkig. De oceaan laat ons al haar gezichten zien en ze zijn enorm veelzijdig, grillig en bloedmooi. Er is geen andere plek waar ik nu wil zijn. 

Wordt vervolgd!

Dieuwke de Jong

Reacties

Reacties