De tocht naar Kaapverdië

Karlijn leeft een nomaden bestaan. In de zomer zwerft ze met haar 27ft bootje Drifter over de Randmeren. In de winter reist ze af naar warmere oorden waar ze zeilen, reizen en werken combineert. Op Zeilhelden blogt ze over haar zoektocht.

Het is midden in de nacht en ik lig klaarwakker in mijn bed. We varen voor de wind, ergens op de Atlantische oceaan ten zuidelijk van de Canarische eilanden. Gisteren ben ik als crew aan boord gestapt van Gabriella, een prachtige klassieke Nautor Swan 43. Samen met de Vlaamse eigenaar Guido en zijn goede vriend Pierre, zijn we onderweg naar de Kaapverdische eilanden. Alles piept en kraakt en de giek klapt bij elke golf, dat geluid gaat door merg en been. Waar ben ik aan begonnen?

Dit is niet de eerste keer dat ik me zeilend op de Atlantische oceaan bevindt. Na twee Atlantische oversteken, zouden die zeebenen toch wel ontwikkeld moeten zijn? Maar dat was op een tallship, de Wylde Swan. Waar ik vijf jaar lang een paar maanden per jaar werkte als docent. Samen met een groep leerlingen maakten we prachtige reizen van Nederland, via de Canarische eilanden naar de Caraïbische eilanden en terug.

Toch valt het me op het begin zwaar. Op een klein jacht is het wel wat anders dan op een tallship. Alles piept en kraakt, de boot tolt als een gek, als een speelbal op de golven, het lijkt wel een wasmachine! Voor het eerst in m’n leven komt de zeeziekte een beetje op. Te lang binnen zijn is niet mogelijk, na de huishoudelijke taken zoals het koken en de afwas moet ik zo snel mogelijk naar buiten om wat frisse lucht te halen. De eerste paar dagen is de misselijkheid steeds op de loer en de vermoeidheid slaat toe. Gelukkig zakt de misselijkheid na een paar dagen weg.

Ook is het een stuk intiemer dan op een tallship, zo met z’n drietjes op een klein jacht. Opeens ben je 24/7 met twee praktisch onbekende heren op slechts een paar vierkante meter. Je doet en deelt alles samen en er is geen privacy. Het is echt even aftasten hoe we ons tot elkaar verhouden. De heren zijn heel attent, en laten mij in mijn waarde. Maar ik merk dat ik mezelf wegcijfer, zij zijn de ervaren zeezeilers, zij zijn de eigenaren van de boot, wie ben ik om zelf beslissingen te nemen? Hoewel ik als schipper van charterjachten en solozeiler van mijn eigen boot dondersgoed weet hoe een boot te besturen, slaat de onzekerheid toe. Om de haverklap vraag ik om bevestiging bij de heren. Een vervelende eigenschap van mezelf die deze reis erg duidelijk naar voren komt.

Het lukt me niet om echt te genieten van het zeilen, het voelt meer als overleven. Koken, eten, drinken, afwassen, slapen, wacht draaien en het hele riedeltje weer opnieuw. Zo verstrijken de eerste vijf dagen. Tot op de laatste dag, Kaapverdië doemt al op aan de horizon, Guido en Pierre halen een grote zak tevoorschijn, er komt een gigantisch grote roze lap uit tevoorschijn, de Gennaker! Vandaag gaan we spelen. Samen slaan we de Gennaker aan. De heren laten mij aan de schoot en het roer. Het is een heerlijke zeildag, alle onzekerheid van de afgelopen vijf dagen ebt weg. Hier doe ik het voor, het zeilen!

Zo varen we al spelend de laatste mijlen naar Mindelo, São Vicente en Kaapverdië. In de schemering meren we aan. Na zes dagen zijn we blij weer aan land te komen. Met z’n drieën vieren we de aankomst onder het genot van wat drankjes en een diner in de drijvende bar aan de haven.

Deze reis was voor mij vooral een manier om erachter te komen of het maken van langere tochten op kleinere jachten iets voor mij zal zijn. Om misschien ooit, als ik en mijn boot er klaar voor zijn, zelf met mijn eigen boot het ruime sop te kiezen. Het is een hele mooie ervaring geweest, ik had het niet beter kunnen treffen qua boot en de heren. Toch heeft het mij geleerd dat ik minder geniet van het oceaanzeilen dan gedacht. Waar ik van geniet is het actief zeilen, lekker spelen met de zeilen, spelen met de boot. Niet, zoals in deze tocht, één keer het zeil opzetten en vijf dagen gáán. Nee laat mij maar schipperen in de middellandse zee, of lekker mijn bootje varen langs de kust of over de Nederlandse meren.

Maar eerst deze, voor mij nog onbekende, eilandengroep verkennen. De komende week verblijf ik nog aan boord van Gabriella, daarna wordt het een accommodatie aan land. In ieder geval voor de winter zal ik hier nog blijven, remote werken, en genieten van het eiland leven.

Karlijn Ballemans
https://www.instagram.com/digitalsailingnomad/

Reacties

Reacties