Admirals Cup Podcast #4: Olivier en Dirk de Graaf en Merle Louwinger

Admirals Cup Podcast #4: Olivier en Dirk de Graaf en Merle Louwinger

Dit jaar wordt er voor het eerst sinds 26 jaar weer een Admiral’s Cup gevaren en doet er ook een Nederlands team mee. In 1999 deed er ook een Nederlands team mee dat zelfs de cup mee naar huis nam. Aan het huidige team dat zich presenteert als Dutch Offshore Sailing Team (Team Rost en Team Baraka GP) is het om die eer te verdedigen. In een serie podcasts spreken de redacties van Zeilhelden en Zeilwereld met Admiral’s Cup zeilers van toen én nu. Wat is de Admiral’s Cup en wat zijn de kansen voor Nederland dit jaar?

In deze podcast spreken Riemer Witteveen en Jules Bänffer met de broers Olivier en Dirk de Graaf en Merle Louwinger van Team Baraka GP. De broers De Graaf draaien met hun team en familie al jaren mee in het wedstrijdcircuit. Merle is ondertussen een vast onderdeel van het team en de zeilfamilie De Graaf. Team Baraka GP vormt samen met ROST (Rotterdam Offshore Sailing Team) onderdeel van het Nederlandse Admiral’s Cup team.

Wat was het moment dat jullie besloten om mee te doen met de Admiral’s Cup?

“Eigenlijk meteen al na de Fastnet Race van 2023”, begint Olivier. “Die hebben we helaas niet uit kunnen varen. Meteen na die teleurstelling wilden we iets nieuws. Dat was in dezelfde tijd, toen de RORC (Royal Ocean Racing Club) bedacht om in het jaar dat zij 100 jaar bestaan (2025) de Admiral’s Cup nieuw leven in te blazen. Dirk en ik kenden de Admiral’s Cup nog van vroeger. Dat was waar je naar uitkeek als jonge zeiler. Het begon als een idee en toen werd het een plan.”

Is het lef over overmoed? Jullie varen lekker in het wedstrijdcircuit en nu zit je in een klasse waar internationale topteams met professionals varen.

“Het is geen overmoed, het is een patroon”, legt Dirk uit. “Wat we de afgelopen jaren hebben neergezet dat is bijzonder. Het begon met mijn opa die de gekkigheid aan mijn vader overgebracht en hij weer aan ons. We gingen altijd met de boot op vakantie en dan bedachten wij iets om de boot sneller te laten varen. Dat zat gewoon in ons. En toen we in 1999 de start van de Fastnet zagen, zei mijn vader: ‘Ooit gaan we de Fastnet varen’. 

“Dat was een profetische moment”, vult Olivier aan.

Dirk: “Inderdaad! Nu wij de Fastnet voor de zevende keer gaan varen, merk ik dat ik vaak aan dat moment terugdenk. We zijn van een Victoire 1200 naar een Ker 43 gegroeid en omdat we een boot hebben die in dit circuit mee kan doen is het logisch dat we nu deze stap maken. Het is niet anders dan de voorgaande jaren, we moeten er alleen iets meer ons best voor doen.”

En voor Merle, is dit voor jou een logische stap?

“Nee,zeker niet”, zegt Merle. “Voor mij was dit geen logische stap. Ik kom niet uit een zeilfamilie. Ooit ben ik wel begonnen in de Optimist, dat was toen ik mee mocht zeilen met een vriendinnetje. Maar toen ik thuiskwam en vroeg om een boot, dachten ze ‘die is gek’. Ik heb er altijd hard voor moeten werken. Ik moest mezelf echt omhoog knokken. Van de RS Feva naar het WK, daarna bij de ROST terecht gekomen. Leren met een lier om gaan was al nieuw voor mij en ook leren te focussen op je taak. Maar ik ben een heel fanatiek beestje. Ik wil altijd winnen. Als we achteraan varen dan wil ik ze een voor een allemaal inhalen.”

Wat is kenmerkend voor de bemanning van Team Baraka GP?

Merle: “Een hele goede intrinsieke motivatie. Daarnaast kunnen we ook heel hard lachen met elkaar. En je moet er ook veel voor laten”, zegt Merle. “We zijn dit seizoen sowieso 2x in de maand in England aan het varen. Wedstrijden en trainen, dat moet je er wel voor over hebben.”

“Je moet iets toevoegen aan het team”, vult Dirk aan.” We moeten wat aan elkaar hebben. En je moet een randje hebben. Je moet eigenwijs zijn. Dat kan ook botsen.  Maar dat maakt ons sterker in problemen oplossen. En ja we hebben ook een lijstje waar je aan moet voldoen”. 

Dirk somt op: “Fast (big) boat experience, Offshore ervaring, je moet jezelf willen ontwikkelen en we willen meer vrouwen aan boord krijgen, omdat de bemanning daar veel gebalanceerder van wordt. Het geeft meer rust aan boord en soms worden we ook terecht gewezen door de dames.”

Voelt Merle dat ook zo?

Merle: “Ik heb veel gemengd gevaren. Aan boord van Baraka hebben wij soms twee of drie vrouwen aan boord. Je moet durven zeggen wat je denkt. We kunnen foute grappen maken, maar we kunnen ook zeggen als het te ver gaat. Ik hou me niet in als ik denk dat deze slag toch niet zo tactisch was. Dat zeg ik dan gewoon.”

Hoe is Team Baraka GP begonnen?

Dirk: “De heilige graal ligt bij mijn ouders. Eigenlijk is het belangrijkste dat we ervoor willen zorgen dat onze vader rond de Rots kan. Onze vader heeft zijn hele leven lang ons dit meegegeven en hij heeft dit mogelijk gemaakt.” 

“Hij gaat zeker mee”, valt Olivier Dirk bij. “Pa wordt 76. Het komt door hem dat wij dit kunnen doen op dit niveau.”

Dirk vult aan: “Het begon met onze oma, die zeilde al in het midden van de vorige eeuw. Haar man ging mee, maar zij stond aan het roer van een stalen tweemasters van 17 meter. Dat was zeker in die tijd bijzonder. Zij voer de klassieker van Hoek van Holland naar Harwich, nu de Vuurschepenrace. En ze zeilden door heel Europa, Denemarken, Duitsland. Kwamen op plekken waar geen havens waren, ‘hier moesten we voor anker’, zegt mijn vader nog wel eens. Hij nam het over van zijn vader, onze opa. En iedereen ging mee, vrienden en familie. Mijn moeder organiseerde alles. Dat doet ze nu nog maar dan voor het team. Achter elk groot team staat een hele sterke moeder, zegt zij wel eens.

Zouden jullie geen beter of sneller team zijn zonder jullie vader of moeder aan boord?

“Zonder hen is er geen team”, antwoord Merle stellig. “Zonder hem geen team en geen boot en zonder haar geen mooie foto’s. Zonder hen zou het hele team niet zo varen als we nu varen. Zonder hen is het niet compleet. Ik denk dat iedereen in het team onderdeel is van de familie. Zo voelt het in ieder geval wel. We worden allemaal warm ontvangen, we zijn een grote familie.”

Waar kijken jullie het meest naar uit.

Merle: “Natuurlijk de Fastnet ronden.. Dat is mijn ROST jaar niet gelukt.”

Olivier: “Waar ik het meeste naar uitkijk is het gevoel van de eerste upwind, om als eerste bij de bovenboei aan te komen. Het gevoel van snelheid en balans, daar kijk ik het meest naar uit.”

Dirk: “Dit zijn de momenten waar ik ook naar uitkijk. Balans, controle, als je voelt dat de boot in de flow komt en dat je gaat!”

Wat verwachten jullie? Is er een kans dat jullie gaan winnen?

Dirk: “Het is een mega interessant veld! Die Fast 40’s en nog een paar hele gevaarlijke JPK’s die je nooit gaat zien op de racebaan maar die je aan gort varen op een non-offshores. En wij zitten er een beetje middenin. Inshore en upwind moeten wij de snelste boot zijn en op papier zijn we dat ook. Dat moeten we goed doen. Als wij goede inshores varen en daarna in de offshore de kwaliteiten van die boot goed benutten, dan hebben een hele grote kans om de top 5 te varen. Maar dan moet alles meezitten. Ik denk dat we veel goed gaan doen, maar dat we ook af en toe het deksel op onze neus gaan krijgen.”

Merle: “Bijna alle teams behalve wij zijn professionele teams. We hebben ook nog lang niet tegen alle teams gevaren die met de Admiral’s Cup meedoen.

Dirk:”Waar je echt voor moet opletten dat zijn de Fransen. Die komen met twee boten waarvan je denkt ‘het zal wel’. Maar die zijn heel goed gebouwd op rating.”

Olivier: “Moeilijk in te schatten, maar ik denk dat we zeker een kans maken. Ik zei het vorig jaar al, op de offshores kunnen we winnnen, op de inshores moeten we niet verliezen. Ik hoop dat de Fastnet zoals vanouds op de Ierse zee 25 knopen is, dan zie je mij met een grote glimlach, terwijl die miezer over me heen komt, want ik weet dat ik niet op een Fast 40 wil zitten met dit weer. En als we dat scenario hebben, dan maken we een kans.”

Reacties

Reacties