Rhapsody-blog: Nieuwsgierig

Het is donker. Op de plek waar ik zit, kan ik het slecht zien. Een menigte van vrouwen, mannen en kinderen, loopt in cirkels om een groep muzikanten. Iets verderop is een groot open vuur. Uitsluitend mannen lopen daar omheen. Gedurende de gehele dag kondigde de presentator van het Samna-Dayfestival in Luganville deze vuurdans al aan.

Enkel een foto maken. Eentje van dichterbij was al wat ik wilde.

Als ik een gaatje zie, grijp ik mijn kans. Ik sta op en loop wat naar voren. Nu ik dichterbij ben, zie ik schaars geklede mannen op een dot rond een houten plaat staan. Met een bamboestok stampen ze er bovenop. Vrouwen met ontbloot bovenlijf staan er vrijwel direct tegen aan. Ze zingen een monotone melodie. Af en toe is een nuanceverschil in toonhoogte hoorbaar. Het versterkt het gestamp. Het gebonk wordt intenser. Het gezang zwelt aan. Om mij heen zijn de mensen weer gaan lopen. Ik sta ertussen. Ik sta er midden in. Roerloos. Bang om op te vallen. Bang om een misstap te maken en iets verkeerds te doen. Dus blijf ik staan. Deze kastom dance, dit gebruik is vast eeuwenoud en voelt authentiek. Niet bedoeld als toeristisch vermaak.

“Wat doe ik hier,” denk ik verschrikt en doe vlug mijn camera weg.

Inmiddels ben ik ingesloten door de menigte. Ik sluit mijn ogen. Mijn oren vullen zich met gezang en trom dat van heel dichtbij binnenkomt. Het werkt op me in, resoneert door mijn gehele lichaam, neemt me mee. Tijd is aan het vervagen. Langzaam beginnen mijn benen te bewegen. Ik hoor hoge kreten, donkere dreunen. Harder en luider. Plots word ik aangeraakt. Een lachend gezicht van een bekende staat naast me. Geschrokken kijk ik om. “Hi,” lees ik meer van zijn lippen af dan ik dat ik kan het verstaan. Ik ben weer terug. Terug met beide voeten op de grond. Een weg naar buiten is de weg van meedoen. We lopen twee ronden met de massa mee om aan de buitenkant te komen en te ontsnappen.

Terwijl we weglopen houdt het opzwepende gezang aan. Duidelijk als teken voor de dappere mannen om de uitdaging met het vuur aan te gaan. Het gevecht om de overheersing. De vuurstrijders dagen de vlammen uit door er met takken op te slaan. Ze tergen het vuur en tikken met hun blote voeten tegen de vuurstapel. Roodgloeiende vonken spatten de lucht in. Ze proberen het te bedwingen. Uitvinden wie de baas is. Misschien wel om te laten zien wie er de baas is. Als de zangeressen galmend op een hoogtepunt komen, klinken er luide oerkreten. Vanaf een afstandje rennen echte waaghalzen op het vuur af. Blootsvoets springen ze in het vuur om er zo lang mogelijk te blijven staan. Met gepaste afstand kijk ik naar het tafereel. Dat overduidelijk alleen bedoeld is voor moedige mannen en niet voor een nieuwsgierige fotografe.

Ada van der Vis

Ada van der Vis, ooit een zeilheld op sokken, vond jaren geleden de Hollandse plassen al spannend en getijdenwater een hele uitdaging. Zij zeilt nu met John Gijzenij de wereldzeeën over. Verzeild tussen ongerepte atollen en afgelegen eilanden op zoek naar verreikende verrijkende avonturen. 

Reacties

Reacties