Karma-blog: ‘Is er goed op Karma gepast?’

Werner Toonk is IT-projectmanager en zeiler. Na een barre tocht door de Zuidelijke Oceaan meerde hij zijn stalen tweemaster in 2018 aan in Nieuw Zeeland. Terug in Nederland publiceerde hij het boek Karma van Staal over zijn 200 dagen durende reis met verschillende opstappers. Dit jaar pakt hij de draad weer op en zeilt verder naar Kaap Hoorn. Via z’n blog op karmavanstaal.nl houdt hij ons op de hoogte.

Dave

Mon 23 Oct 2023 11:25 (CET)

Karma ligt alweer dik 5 jaar in Whangarei. In mei 2018 maakten Jorge, Mitchel en ik haar klaar voor een lang verblijf. Ik had toen niet voorzien dat het zo’n lang verblijf zou worden. 

Het plan was om in december door te varen. Dat bleek te snel, voor m’n thuisfront en voor mezelf. In december 2019 was ik geblesseerd en kon het niet. Daarna gaan de grenzen van Nieuw Zeeland op slot door Corona. Pas in het voorjaar van 2022 zijn ze weer open. Maar voor hoe lang? Ik durfde het niet aan om meteen een plan te maken. Nu wel. 

Al die tijd heeft Dave goed op Karma gepast. Hij roeide ernaar toe, inspecteerde de accu’s en startte de motor. Hij leegde de vochtvreters, vulde bij waar nodig en lette erop dat er geen water bij Karma naar binnen kwam. Wat een enorm geluk om deze uiterst vriendelijke, behulpzame en bekwame man te ontmoeten. 

Thx for all those years Dave!

Tue 24 Oct 2023 17:22 (CET)

Verder naar het Zuiden

Samen met Oscar zit ik aan tafel bij Ruud, onze walnavigator. Straks op de oceaan hebben we dagelijks contact per mail. Ruud deelt zijn analyse van het weer. Voorspellingen mag je het niet noemen. Dat doet Jomanda. Het zijn verwachtingen. 

Werner Toonk en Ruud

Meestal hele goede verwachtingen. Het eerste front in de zuidelijke oceaan trekt precies op het aangegeven uur voorbij. De omstandigheden zijn zoals Ruud ze vooraf al beschrijft. Later kunnen we met goed uitzoekwerk bij Tristan da Cunha net een middag aan land en zijn we op tijd weg voordat er een stevige depressie over het eiland trekt. 

Op tafel ligt een boekje met handgeschreven notities. ‘Onverstandig’ staat er. Ik hoor het Ruud ook zeggen. ‘De 42e breedtegraad is onverstandig.’ Ruud weet waar hij het over heeft. Het is een vakman, die zich goed heeft voorbereid. 

Nu kijken we samen vooruit. Naar de immense oversteek van Nieuw-Zeeland naar Chili. Op tafel ligt een boekje met handgeschreven notities. ‘Onverstandig’ staat er. Ik hoor het Ruud ook zeggen. ‘De 42e breedtegraad is onverstandig.’ Ruud weet waar hij het over heeft. Het is een vakman, die zich goed heeft voorbereid. 

‘Het verschil tussen de Rhumb line en de Great Circle is zo’n 450 mijl. Volgens de berekeningen doe je er 10 tot 14 dagen langer over als je boven blijft.’ De werkelijkheid kan natuurlijk anders zijn, maar de berekeningen liegen niet. We moeten meer naar het zuiden. Verder de roaring forties in. 

In z’n prachtige werkkamer waar vroeger maandelijks de Zilt gemaakt werd, kijken we samen naar de weerkaarten. Ruud heeft alle relevant informatie overzichtelijk bij elkaar gezet. De systemen volgen elkaar snel op. De kans dat we langer dan twee dagen in een storm belanden is klein. Te weinig wind om te zeilen is een groter risico. De 45e breedtegraad lijkt een beter plan. 

De Pacific is een stuk groter dan de Indische oceaan en volgens historische data ook een stuk vriendelijker. Minder wind, minder extremen en lagere golven. De 45e dus. Maar resultaten uit het verleden geven geen garantie voor de toekomst. Hoe verder we naar het zuiden gaan, hoe kouder het wordt. Per 100 mijl wordt het water ongeveer 1 graad kouder. Is het nog te doen op de 45e breedtegraad? 

We overleggen over de verschillende opties en bespreken hoe we contact houden. Korte golf, Iridium en misschien wel Starlink. Onbewust ril ik bij de gedachte van zover weer naar het zuiden. ‘Je hebt een kachel aan boord toch?’ Ja, maar nog niet aangesloten. 

Ik denk terug aan hoe we na Zuid-Afrika krampachtig probeerden boven de roaring forties te blijven. Dat was hoog aan de wind ploeteren en vrijwel geen mijlen maken. Dat doen we niet nog een keer. We gaan naar het zuiden. Zo ver als nodig. We mikken op 45. Als het nodig is gaan we nog verder. 

Met een stevige hand nemen we afscheid. We zien elkaar pas weer over dik een half jaar. In m’n dikke schipperstrui stap ik in de auto. Onderweg naar huis. Nog een paar dagen en dan gaat het echt gebeuren. Op naar die 45e. 

Meer lezen over het contact tussen schip en walnavigator? Pak dan even de Zilt 159 erbij. Daarin staat het verhaal over de Kerguelen en Ruud z’n ervaring als walnavigator.

Werner Toonk

Reacties

Reacties