Sea Ranger-Blog #2
Het is kwart voor acht ‘s ochtends, twee collega’s en ik lopen de steiger van de haven op na een frisse ochtendduik in de zee. Voordat wij op de steigers naar rechts af slaan richting ons schip zien we iets op de steiger voor ons liggen. In de eerste instantie lijkt het op een kleine oude fender maar de beige kleur misstaat enigszins. Het fendertje maakt een subtiel schokkerig beweginkje dat opvallend genoeg is om ons te doen stilstaan en we blijven observeren.
Bij het volgende schokje geven we toe aan onze nieuwsgierigheid.
Hoe dichterbij we komen hoe duidelijker het wordt dat de beige kleur niet afkomstig is van een verweerde stoffen fenderhoes maar van een vacht. Eenmaal aangekomen treffen wij een paar maanden oud creperend zeehondje aan. Zijn dichtgeknepen ogen en schuimende mondhoeken maken dit een trieste aanschouwing. Het leek niet te reageren op onze aanwezigheid of op iedere andere vorm van externe prikkels. Het baby zeehondje was in shock.
Na een gesprek met mijzelf waarin ik de overwegingen om mensen-EHBO toe te passen opzij geschoven heb pak ik snel mijn telefoon om de 112 variant voor zeezoogdieren (een-een-zee?) te achterhalen. Al gauw heb ik een aardige medewerker aan de lijn van een zeehondencentrum. Na nog wat contact via whatsapp vraagt ze mij om wat filmpjes te maken van het arme dier zodat er gerichter hulp gestuurd kan worden. Ik, met een aversie tegen filmende ramptoeristen, zet mijn idealen opzij en maak beelden van het zielige beestje dat we inmiddels Pietje hebben genoemd.
Hulp is onderweg en verder is er niets meer wat wij kunnen betekenen. Daar sta je dan, naast een schattig schuimbekkend baby zeehondje. In de momenten van machteloosheid vind ik ook ruimte om de schoonheid in te zien van wat hier voor mij ligt. Begrijp mij niet verkeerd, ik heb het dan niet over dit stervende wezentje maar eerder over hoe mooi hij eigenlijk is. De structuur van zijn vacht en de vorm van zijn vinnen zijn het resultaat van generaties aan evolutie, geoptimaliseerd voor het zwemmen in de zee. Het aandoenlijke snoetje doet mij meteen inzien waarom het een zeehond heet en geen zeepoes. En zijn gebit laat zien dat Pietje over een aantal jaren in staat is een flinke hap uit zijn prooi te nemen.
Hoe erg ik het ook met Pietje te doen heb, hij is mij hier wel een wijze les aan het geven over de natuur. Zo groot als zijn onbegrensde schoonheid kan doen ogen, zo hard kan het ook zijn. Soms vergeet ik dat het leven af en toe ook zijn meedogenloze kanten heeft. Ik zie het geheel dan niet als lelijker, het maakt eerder de goede dingen extra mooi. Arme Pietje. Zijn toekomst ziet er op dit moment niet bepaald rooskleurig uit. Wij hebben alles binnen onze macht gedaan om te helpen en de personen die meer kunnen betekenen zijn onderweg. Pietje haalt het misschien niet en dat is jammer. Maar het is wat het is en zo is de natuur.
Thierry van Veghel