Moin moin zeggen ze op de Halligen
“Hallig” is afgeleid van het woord “hol” wat vlak betekent.
De Halligen, meerdere kleine eilandjes liggend rondom het grotere eiland Pellworm (Duitse Wadden), hebben het volgende met elkaar gemeen: ze hebben geen dijk, lopen bij stormvloed gedeeltelijk onder water en staan op uitsterven.
Geen enkele plek op aarde is als deze.
Bewoners begroeten iedereen door heel kort achter elkaar “moin moin” te zeggen. Groningers hebben deze begroeting in de loop der jaren weten af te korten door er een binnensmonds “moi” van te maken.
Sportschool niet nodig de komende week, de Najade verlaat Husum al kruisend. Zwaard nog iets omhoog, bakstag tandje strakker piek tandje hoger………Dikke buien wisselen mooie luchten af . Tussen de belletjes van de overstag door, wordt snel van kleding gewisseld en verschijnt er telkens meer geel aan dek. Op de vloer van de roef wacht een gele regenbroek met blauwe laarzen en de sokken er nog in zwetend tot het vrouwtje hem weer komt halen. We kruisen ons suf tot het anker valt.
De Najade ligt in de verte achter een blauw witte strandstoel. Tote Tante wordt geserveerd op het terras en dapper worden enorme stukken taart weggewerkt.
Des te kleiner de eilanden, des te groter de taart. Het is maandag en wasdag. Bonte was wappert in de wind aan de waslijn boven de dijk. De Najade ligt in de verte achter een blauw witte strandstoel. Tote Tante wordt geserveerd op het terras en dapper worden enorme stukken taart weggewerkt.
Een puber muskusrat probeert als verstekeling mee te varen en ligt al een tijdje op de onderse tree van de zwemtrap in de zon. Waarschijnlijk verrast tijdens het bankhangen door het snel opkomende water. Najade biedt pauze mogelijkheid. Echter niet voor lang. Uiteindelijk kiest ze eieren voor haar geld. Kielhaalt zichzelf en zwemt een onzekere toekomst tegemoet.
Bij Amrum lijkt de Najade haar koers verloren te hebben en belandt in een landschap wat meer riekt naar woestijn dan Wad. Niets dan zand tot aan de horizon.
De vuurtoren is zoals een vuurtoren hoort te zijn. Rood met brede witte strepen, en steekt fel af boven de zandduinen, als een woestijnvesting in de oase. Bossen helmgras houden zand bijeen. Klein vogelskeletje valt op tussen ongerepte zandkorrels. Heide bloeit paars.
Storm heerst over het strand en meeuwen komen er maar met moeite tegenin. Ver weg schittert een strandtentje in het tegenlicht.
De beheerder , een blote zestiger met door henna gekleurd haar, rijgt schelpjes aan blauwe vislijndraadjes terwijl ze bijna gezandstraald wordt.
De hangmat is “Fishermans art”, bestaande uit een afgedankt visnet, en twee dwarse, wit uitgeslagen stukken wrakhout.
Binnen liggen langs de ramen op elkaar gestapelde schelpjes. Met skai beklede zandkleurige bankjes , een tafeltje in het midden met hierop een opegengelagen gastenboek.
Fel oranje werkhandschoenen met de duim omhoog geven aan, tot hier en niet verder.
Niemand op het strand , niemand op deze vlakte.
Strand met een eindeloze blik wat nog eens wordt versterkt door een toeriste in de verte die probeert deze weidsheid in haar camera gepropt te krijgen.
Wandelen langs akkerranden met driekleurige viooltjes en guldenroede die uitkijken over het wad. De “Cliffs of Amrum” bieden uitzicht over het wad, zonder een dijk die het zicht ontneemt.. Grote strorollen wachten geduldig tot iemand ze komt halen.
Het water komt op, langzaam komt de Najade weer boven de kade uit. Weg van de snelweg. De trossen gaan los.
De klipper zeilt zich een slag in de Rondte en laat ons alle kanten van Amrum zien. Weer naar binnen door het zeegat, banken met ontelbaar veel zeehonden en de vuurtoren van Sylt binnen handbereik.
Langzaam schakel voor schakel wordt het anker omhoog gedraaid. Zaklampen kunnen thuis blijven deze nacht.
Dan houdt het water op, weer heeft iemand de stop er uit getrokken en worden we tot pauze gemaand. Samen met de maan komt het water in het donker stilletjes terug. Langzaam schakel voor schakel wordt het anker omhoog gedraaid. Zaklampen kunnen thuis blijven deze nacht.
Passeren prikken in het maanlicht. Sterren vallen ons om de oren. Langzaam kleurt de maan oranje en zakt weg achter het eiland. De schijnwerper gaat van bakboord naar stuurboord beweegt zich langzaam over het wateroppervlak en geeft aan hoe laat het bij de prikken is. Het licht gaat telkens vertikaal op en neer om ook het achterdek te laten weten dat de lichtbundel op een ton of prik is gestuit. Langzaam wordt het licht. De zon wurmt zich net boven de horizon uit als we Föhr binnen zeilen. Boordlichten branden nog.
Mooie whiskey gaat in rook op al voordat we het vuur hebben ontdekt. Daarna ben ik de eerste klant bij de bakker.
Een matroos besteed haar vrije middag aan het uitblazen van een eerder gevonden Pokemon ei. Lichtblauw van kleur.
Wat er in het glaasje terecht komt wil niemand zien. Hoewel kenners zeggen zeker te weten dat het om een ganzenei gaat blijft ze halsstarrig vasthouden aan de gedachte dat het een meeuwenei zou kunnen zijn.
Een roestvrij stalen barbecue staat wat onwennig op het wad. Het houten cafestoeltje erachter zakt langzaam weg in het slik. De Grillmaster een minstens 1 meter 90 lange water- en landmeter bedekt met een créme kleurig zonnehoedje zwaait de scepter over de barbecue
Langzaam wordt het decor uitgebreid. Een kleine loopplank beschildert met witte, inmiddels bijna verdwenen voetstappen wordt op twee zwarte fenders gelegd. Het BBQ gereedschap netjes op een rij en een witbiertje in een hoog glas ernaast.
Rook dwarrelt omhoog
De Oerol voorstelling is zojuist begonnen. Vanaf een hoger gelegen scheeps dek wachten de toeschouwers met spanning af hoe het verhaal zich verder ontwikkelt. Zal Stille Hans zijn mond voorbij praten? Camera’s klikken onafgebrokken.
“Klaar” wordt er ineens geroepen en een bordje met steaks en mooi rondgedraaide worstjes bijéén gehouden door een stokje worden naar boven doorgegeven en onder het publiek verdeeld.
Watermeloensalade met blauwe besjes zorgt voor een fraai kleurenpallet op de borden.
Halligtoeristen bezig met hun avondwandeling komen langs…………….Het lijkt onderdeel van een bizar verhaal. Na de laatste nieuwtjes uitgewisseld te hebben zetten ze weer koers richting hun vakantiehuisje. Het schuurtje naast de vuurtoren.
Het wad en de lucht hierboven kleurt paars. Volle maan boven Oland. De lokomotiefjes in de verte steken scherp af.
De maan weerspiegelt zichzelf in de prielen op het wad. Soms staat iemand zomaar eventjes precies tussen de maan en haar evenbeeld. Acrobatiek op een op een skippybal terwijl tegelijkertijd een volle maan op het hoofd in balans wordt gehouden.
Om de hoek van de deur van het vuurtorentje zit een nestje jonge zwaluwtjes. Terwijl het vuurtorenlicht al weer brandt, vliegt moeders nog af en aan, haar bek gevuld met vliegjes.
Stil op de Hallig. Rietgedekte huisjes en strak wit geverfde hekjes rondom ieder tuintje en het waterpoeltje in het midden. Weinig tijd, wie goed luistert hoort dat het water in de verte al weer in aantocht is. De schemer begeleid ons op de terugweg naar een zwart scheepssilhouetje aan de horizon. Als of het een donkere bergwand is beklimmen we zwijgzaam de ladder. Het water heeft ons niet ingehaald.
Rustige koers geeft ruimte om aan dek garnalen te pellen. Gelukkig niet meer dan een kilo gekocht. Een uur pellen levert slechts een paar ons garnalen op. Respect voor garnalenpelsters is weer gegroeid vandaag. Langzaam komt Gröde Appelland in zicht.
Monika van “Monikas Butik” op Gröde Appelland, beter te onthouden als Grote Appelflap, haakt zich iedere winter een slag in de rondte om voldoende nautische pannenlappen voor het seizoen op voorraad te hebben. Elke mogelijke kleur is denkbaar, alleen de zeilen worden standaard in wit ingehaakt. Kopen kan alleen per twee gelijke. Met haar 53 jaar is ze de jongste Hallig bewoonster. De kinderen en kleinkinderen hebben de eilanden verlaten om zich op het vasteland te vestigen en zullen zeker niet terugkomen. Wonen op een Hallig is als wonen op het Franse platteland, langzaam loopt het leeg en sterft het uit. Dringend zal een een nieuwe bestemming gezocht moeten worden.
De wind is op
In het aangezicht van de haven Pellworm is opnieuw het water op. We lijken even ver verwijderd van de maan als van de steiger. De maan nog steeds rond en vol verlicht het dek opnieuw. Blijft de hele nacht tot het ochtendlicht haar als waterverf oplost.
Water gaat bijna onzichtbaar over in lucht. Dijken zijn dubbeldijks geworden. Rode tonnen vormen een driehoek en op het water landende vogels bekijken hun spiegelbeeld. Evenveel wolken in het water als in de lucht. De wind is op en het is stil.
Husum in zicht.