Mee met de Zeezeilers: Over de drempel van de Noordzee #1

Ruim 40 jaar geleden begonnen op het voormalige eiland Marken, zijn De Zeezeilers alweer jaren gevestigd in Harlingen van waaruit zij hun instructietochten plannen. Voor de deur de Waddenzee, een van de meest unieke en uitdagende zeilgebieden in Europa als het gaat om navigatie en tochtplanning. Bij De Zeezeilers kan je terecht voor theoretische en praktische CWO of RYA-cursussen of avontuurlijke tochten en oceaanoversteken. De instructeurs zijn ervaren en gecertificeerde zeezeilers die er plezier in hebben hun kennis over te brengen op de cursisten. Maandelijks vertellen zij over hun ervaringen op Zeilhelden.

Het staat op de bucketlist van menig zeezeiler: het oversteken van de Noordzee! En dan het liefst als schipper op eigen kiel. Je weet: zo’n droom kan werkelijkheid worden, velen zijn je al voorgegaan.

Maar zoals bij veel dingen is de eerste keer best een drempel: weet ik wel genoeg, hoe ga ik om met echte zeezeildingen als wachtlopen, windparken en verkeersscheidingsstelsels? Het aansturen van mijn bemanning als iedereen moe begint te worden? Het communiceren met de professionals van de zeevaart? Om die drempel te nemen verzamelen drie deelnemers en ondergetekende zich op een zonnige zaterdagmiddag in april op de steiger van de Amsterdam Marina. En aan die steiger ligt de Albatros, een heerlijk zeewaardige Centurion 41s van de Zeezeilers van Marken.

In de aanloop naar deze zeilreis zijn de voorbereidingen al begonnen: ideeën over de te varen routes uitgewisseld en de boodschappen gedaan. Maar Whatsapp kan niet op tegen het in levenden lijve kennismaken in de kuip; in een gemoedelijke sfeer stelt iedereen zich voor en leerdoelen en verwachtingen worden uitgewisseld.

Het is onze bedoeling om de Noordzee tweemaal over te steken en tussen die oversteken in de getijderivieren van de Engelse Oostkust te ontdekken.

En niet zomaar ergens oversteken: op één van de bucketlists staat ook een oversteek van de Maasmond; de drukste havenaanloop van Europa. Het zou moeten kunnen. Ook de deelnemers hebben al volop ervaring: twee deelnemers hebben een eigen zeilboot op binnenwater en iedereen heeft één of meerdere zeiltochten in het buitenland gemaakt. 

We besluiten de eerste dag te reserveren om aan elkaar, de boot en de zee te wennen. Kortom, om in te slingeren. Via het Noordzeekanaal naar IJmuiden en na de zeesluispassage direct door naar Scheveningen. De wind staat gunstig en de stroming zit niet in de weg, het is bijna doodtij. Tijdens de tocht schakelen we regelmatig tussen de verschillende blokkanalen, de sluis en het oproepkanaal. De onwennigheid met spreeksleutel en berichtopbouw verdwijnt al snel. Een routine die ons nog vaak van pas zal komen. 

Na een heerlijke zeiltocht leggen we aan in Scheveningen, en hoe. Eén van de deelnemers ziet het wel zitten en parkeert de Albatros met verve ‘stern to’ tegen de passantensteiger. Daar viel weinig meer aan te verbeteren… 

Na de warme maaltijd begint het plannen van de oversteek van de volgende dag, een vaardigheid die alle deelnemers willen aanscherpen. Alle te raadplegen bronnen worden aangepakt, welke informatie je waar vandaan haalt en hoe je daarmee gestructureerd een passage plant. Bijzondere aandacht besteedden we aan stroomvensters en de beslismomenten. Ook dat zou later erg handig blijken. We plannen het vertrek richting Lowestoft rond de middag. Niet eerder, want we willen deze, voor de deelnemers nieuwe, haven niet in het donker aanlopen. We kiezen voor een route langs de grens van het voorzorgsgebied en langs ankergebied 5. Een dubbelteller: een goede optie gezien wind en stroming én een tocht langs bijzondere navigatiegebieden. Ook bepalen we het beslispunt en de criteria waarop we beslissen om Lowestoft via het zuidelijke Stanford Channel of de noordelijke geul aan te lopen. 

Zogezegd, zo gedaan. We gooien rond elf uur los en na contact met de verkeerscentrale kunnen we zonder oponthoud de haven uitvaren. Het was druk op zee en het bleef druk; de liefhebbers van de COLREGS (Convention on the International Regulations for Preventing Collisions at Sea/Zee-aanvaringsregelement) kunnen hun hart ophalen aan de vele keren dat we ze hebben moeten toepassen. De marifoon komt daarbij goed van pas. Onderweg communiceren we onder andere met de verkeersleiding in het voorzorgsgebied, een visser in het ankergebied, een kruisend zeeschip (die het geen probleem vindt om haar koers iets te verleggen) en een driftend containerschip van 400 meter. Dat laatste was helemaal bijzonder: de brug riep ons op, hij gaf aan dat ie voor ons moest wijken maar omdat hij zijn motoren had afgezet vroeg hij of wij koers wilden verleggen. Dat wilden wij. Later viel ons op dat er meerdere containerschepen ronddrijven, ankeren is blijkbaar te veel gedoe.

De overtocht verloopt voorspoedig, heel voorspoedig. We komen veel sneller vooruit dan de gemiddelde snelheid waarmee we gerekend hebben, hele stukken stuiven we met 7 knopen over zee. Zelfs het reven voor de nacht remde de Albatros maar weinig af. Eenmaal aan de Engelse kant van de Deep Water route wordt duidelijk dat een nachtelijke aanloop daardoor toch een serieuze mogelijkheid is. Toch maar een lichtenlijstje maken. Ons beslispunt helpt daarbij: het werd de noordelijke aanloop. Dat lichtenlijstje blijkt geen overbodige luxe, we naderden Lowestoft in het donker en het herkennen van alle lichtkarakters wordt een mooie tijdsbesteding.

En toen kwam de zon op… binnen twintig minuten zijn alle lichtkarakters onzichtbaar. Gelukkig zijn de veilige sectoren goed voorbereid en schakelen we naadloos over van lichtbaken naar peilkompas. Eenmaal voor de haveningang blijkt één licht nog erg duidelijk zichtbaar: het havenverkeerslicht toont drie keer rood en blijft rood. Inmiddels is de marifoon een trouwe metgezel geworden dus maar eens informeren bij de verkeerscentrale. O, o, ja dat zetten we in de ochtend altijd op rood om de supply-schepen voor de windmolenparken manoeuvreerruimte te geven. Maar jullie mogen er wel even langs. Meteen verandert het havenverkeerslicht van kleur. 

We worden ontvangen door een drone van de Border Force. Terwijl wij afmeren houdt deze in de gaten hoeveel personen aan boord zijn. Na een minuut of vijf verdwijnt hij weer. Binnen een uur krijgen we een telefoontje dat alles in orde is en dat we de gele Q-vlag mochten weghalen. Later op de dag worden we ook nog bezocht door vier Border Force mannen die in hun notitieblokje bladzijden vol schrijven en een rondje door de boot maken op zoek naar verstekelingen. Volgens de havenmeester omdat er in deze tijd van het jaar niet veel te doen is. Ook niet voor hem. En daarom hijst hij speciaal voor ons de Nederlandse driekleur aan de mast voor het historische clubgebouw van de Royal Norfolk and Suffolk Yacht Club. Een mooie bekroning op deze oversteek: de drempel van de Noordzee is genomen! 

(wordt vervolgd) 

Wim van Herwijnen

(Foto’s van de deelnemers zijn met hun toestemming gepubliceerd)

Reacties

Reacties