Into the storm (25-07-2015)

Grote storm was voorspeld, maar toen ik mijn luiken open deed en de slaap uit mijn ogen wreef rond een uur of tien stond er inderdaad een stevige wind. Om dit storm te noemen vond ik allemaal maar wat overdreven, dus na overleg met de mede-opvarende besloten we toch uit te varen met de veronderstelling dat het weer beter zou worden.
Er werd een prachtige voordewindse koers gevaren. De wind minderde inderdaad en de zon kwam af en toe door. Rond een uur of drie ’s middags was het zelfs helemaal opgeklaard en kwamen we niet meer vooruit op de zeilen. Er werd dan ook besloten om even een verfrissend duik te nemen met niet al te veel kleren aan; het meer was immers toch leeg.

Ik schrobde een beetje de boot en zij, mijn metgezel, zwom wat rondjes rond het schip, totdat er een iet wat grimmige wind, deze keer uit de geheel andere richting kwam. Snel liet ik ons omkleden in het gehele zeilpak. De wind begon snel aan te trekken, maar nog steeds niets ernstigs. Er werd wat soep gekookt en opgediend.

De eerste drie happen soep zitten er nog niet in of het lijkt of ik uit het niets in mijn rug geduwd word en terwijl ik voor me kijk lijkt het alsof er een schokgolf over het water gaat.
Het duurt niet lang voor dat de tweede vlaag de boot raakt… Brood vliegt door de kajuit, touwen beginnen te zetten, de boot te kraken en stagen te knarsen! De meid die ik mee heb begint te gillen dat we er aan gaan! Ik kijk nu over de boot en zie dat die rood is met witte streepjes vermicelli. Nog scheldend en mauwend in mijzelf dat de soep over de boot ligt, kijk ik op naar mijn metgezel. In de grote angstige ogen is paniek te lezen. Ik besef opeens wat er gaande is .

De storm trekt in luttele seconde vreselijk aan, de windgenerator die al in geen maanden meer heeft gedraaid begint volledig het ritme aan te nemen. De boot begint zodanig te hellen dat de gangboorden en de raampjes van de opbouw onderwater komen te staan. (wat iets raars is want normaal worden de gangboorden niet eens nat).
Ik begin met al mijn krachten aan de lijn van de rolfok te trekken om het kleine stukje fok wat er stond binnen te halen. Het is echter tevergeefs want er zit geen beweging in. Er wordt wanhopig een tweede poging gewaagd, deze keer met een hoop slack op de fokkeschoot en deze gaat dan ook wild met de lier aan de haal. Het lukt, maar tegen een prijs. De fok begint tijdens dit proces in te scheuren maar dat maakt me op dit moment niet heel veel uit… Het k*lere ding rolt tenminste op! 



De boot blijft echter nog steeds hellen, al varen we nu schuin voor de wind op de motor.
“Help Help!!? We gaan er aan..! vraag om hulp!” Schreeuwt mijn metgezel.
“Man de f*ck up! Het komt wel goed” terwijl ik het roer over neem en haar tegen me aan druk. “Ik heb je nodig anders komen we niet terug; ga naar binnen kijk waar we heen moeten, zet de nodige apparatuur aan en geef me mijn skibril” die ik inmiddels nodig heb omdat het horizontaal regent.
Ook de stootwillen wapperen horizontaal aan de zeereling, totdat de zeereling knapt. Maar ook daar is weinig aandacht voor want ik heb grotere problemen. Het bezaanzeil begint namelijk zichzelf te hijsen! Ik knoop het in mijn haast met de eerste beste landvast het zooitje aan elkaar…
Na een goed uur doemt de haven op uit de mist en regen. Een reddingsbootje ligt bij de ingang en blokkeert de uitgang.

Er wordt weer gelachen en geknuffeld. In de haven hebben we het geluk dat voorbijgangers de lijnen aanpakken. De volgende morgen merk ik dat alle spieren zeer doen en er echt wel wat is gebeurd, maar gelukkig komt er nieuwe crew die me kan helpen met het een en ander. De schades worden snel verholpen. Voor €90 werd het zeil in Enkhuizen aan elkaar geritst. Ook blijkt dat er vuil uit de tank in de dieselfilters is gekomen; een bekend probleem bij schepen die in de storm hebben gevaren met een vieze of oude tank. De filters werden vervangen en de motor ontlucht. Klaar voor het volgende avontuur!
Mark

Reacties

Reacties

Geef een reactie